"What is consciousness?" the boy asks.

"Your body explaining how it works," says Mary.

 

“Kijk naar de wereld alsof het je laatste keer is.”

 

“Wat is een wonder?” vraagt de jongen.

“Hoe je lichaam werkt,” zegt Marie. “Voel maar.”

 

“Ik ben op zoek naar het paradijs,” zegt de jongen.

“Je bent er al,” zegt Marie.

 

“Ben ik gek?” vraagt de jongen.

“Dan had je dit niet gevraagd,” zegt Marie.

 

“Ik vind mijn neus niet mooi,” zegt de jongen.

“Het is jouw neus,” zegt Marie. “Jouw neus en jouw haar en jouw enge gedachten en je gezellige gedachten en je langzame gedachten en je onzekere gedachten en je rare gewoontes en je mooie gewoontes. Jij bent jij. Jij met die gekke dingen en die verkeerde dingen die je hebt gedaan en dan weer hebt opgelost, of niet, en jij die gekke dingen geloofde en nu niet meer, die vastzat in vaste patronen en nu begrijpt wat vrijheid is. En jij die op die manier lacht zoals alleen jij dat kan, en jij die misschien niet altijd aardig is maar wel geweldig op je eigen manier. Verander dat alsjeblieft niet. Verander niet dat stukje jij dat van jou is. Probeer niet zoals alle anderen te zijn, te denken zoals alle anderen, de wereld zoals alle anderen te zien.”

 

“Op wie ben jij verliefd?” vraagt de jongen.

“Op mezelf,” zegt Marie. “En de wereld een beetje op mij.”

 

“Wat is een groot geheim?” vraagt de jongen.

“Je bent naakt,” zegt Marie. “Zelfs als je kleren draagt.”

 

“Ik weet niet wat ik moet doen,” zegt de jongen.

“Probeer jezelf eens helemaal uit liefde te laten bestaan,” zegt Marie. “Bedenk hoe dat zou voelen. Van je handen tot je tenen. Het kan.”

 

"Ik heb een pil gevonden waarmee ik andere gedachten krijg," zegt de jongen.

"Ga je toch nooit gebruiken," zegt Marie.

 

"Hoe ziet een atoom eruit?" vraagt de jongen.

"Als je zo kijkt, ziet ie er zo uit," zegt Marie. "Maar als je niet kijkt, niet. En als je dan weer precies op die manier kijkt, weer wel."

 

"Ik ben niet blij met mezelf," zegt de jongen. "Ik vind mezelf niet mooi. En dom."

"Kon je jezelf maar zien zoals ik je zie," zegt Marie. "Je bent precies zo mooi zoals je bent, niemand is precies zoals jij. Je mag dingen aan jezelf veranderen, maar alsjeblieft niet zoveel."

 

"Hoe is het om slim te zijn?" vraagt de jongen.

"Het is raar," zegt Marie. "Je weet dat je afstand moet creëren tussen jou en wijsheid, omdat je bang bent om veel impact te hebben. Tegelijkertijd wil je het niet anoniem doen. Maar je loopt ook een constant gevaar door wat je zegt."

 

 

"Wat betekent in het hier en nu leven?" vraagt de jongen.

"Je leeft altijd in het hier en nu," zegt Marie. "Dus daar hoef je je geen zorgen over te maken."

 

 

"Kun je me de volgende keer harder slaan?" vroeg ze.

"Ook in je gezicht?" vroeg ik.

"Ja," zei ze.

 

 

"There are no fundamental particles," says Mary. "That it looks like that when you look at it doesn't mean the world is built from fundamental particles."

 

 

I found a magic pill that fixes my thoughts and feelings, says the boy.
You are never going to use it, says Mary.


Am I my brain? asks the boy
Your brain is a little bit of you, says Mary. You are your whole body simultaniously.

 

I want to understand consiousness, says the boy.
The trick is in shape, says Mary. Your feet have guitar snares on top of them. Your brain has a pathway with different sidepaths in it. Your lungs are shaped like two trees. Together, they make beautiful, vibriting music. Everything in your body works togehter. You also need the bad feelings: they are part of the symphony too.

 

"Why do thoughts speak English?" the boy asks.
"I have always wondered," Mary says. "Thoughts are little bolts of electricity. If you had lived somewhere else, your thoughts would be in another language, right?"

 

 

They say simple people want stuff, and smart people experiences.

But stuff give me good experiences. There is nothing like a good pen. Or nice socks.

Sometimes you get up and you can only think about buying something you know you don’t need.